Vorige maand schreef Ton Broekhuisen zijn laatste column voor de op één na slechtste gratis ochtendkrant van Nederland; Metro. Na enkele jaren voor de krant geschreven te hebben, is Broekhuisens vaste plek komen te vervallen. Hoewel ik zelf om dit feit dagenlang van puur geluk heb gehuild, zal Broekhuisen door sommigen wel degelijk gemist worden. Niet omdat zijn columns zo goed waren, maar omdat woedend Nederland met hem één van de redelijkst te lezen woordvoerders verliest.
Ton Broekhuisen. Wie zijn foto bekijkt, ziet een kalende man in een te groot donkerblauw overhemd. Vriendelijk lacht hij naar de camera, daarbij zo natuurlijk mogelijk, semi-ontspannen poserend. Hij heeft zijn handen, heel modern, in zijn broekzakken, waardoor zijn versleten riem wat scheef trekt. Een forse neus, een wat rode hoofdhuid en grijzende wenkbrauwen completeren het geheel. Tot dusver had het elke willekeurige 55-plusser met ietsje overgewicht kunnen zijn. En uitgerekend daarin schuilt ‘m Broekhuisens geheim: hij ís een heel gewone Nederlander. En daar laat hij zich ook graag op voorstaan.
Dat vertaalt zich onder meer in de onderwerpkeuze van Broekhuisen: voetbal en de politiek. Deze twee beslaan het volledige wereldbeeld van Broekhuisen. Bovendien herkent hij tussen deze hoofdcategorieën talloze parallellen, en is nooit te beroerd die uitvoerig en onverpoosd uiteen te zetten. De belangrijkste overeenkomst: het is allemaal verdorven, verrot en uit op je geld. En daarmee hebben we meteen Broekhuisens belangrijkste stijlkenmerk: zo vaak en zoveel mogelijk noemen dat iets belachelijk te veel (gemeenschaps)geld kost. De miljoenen en miljarden vliegen je bij Broekhuisen steevast om de oren. In zijn verontwaardiging over wat er met zijn ‘zuurverdiende’ (want door deze column verdiende) centjes allemaal gebeurt, etaleert hij op meesterlijke wijze zijn onkunde. Uit de analyses in zijn columns blijkt dat de complexiteit van de wereld Broekhuisens petje ver te boven gaat. Zijn pretentie vanuit het ‘gezonde verstand’ te spreken wordt slechts waargemaakt doordat het gezonde verstand ook kortzichtig en van logica verstoken is.
Niet alleen de inhoud stelt teleur, ook de vorm is bedroevend. Ton Broekhuisen is namelijk een man die meent dat je punt overtuigender is als je het met HOOFDLETTERS schrijft. Zo dus. Ook is hij een fervent gebruiker van verkleinwoorden (‘burgertjes’, ‘agentjes’), die hem een zekere intellectuele en morele superioriteit moeten verschaffen, en tegelijkertijd zijn minachting voor de verkleinden moet aangeven. Letterlijk geen enkele politicus is bij Broekhuisen aan deze verkleining ontkomen. Verder hebben zowel de volstrekt overschatte ‘hardwerkende Nederlander’ alsook het ‘wij (burgers) tegen zij (de politiek)’-gevoel bij Broekhuisen wortel geschoten. Dit alles is ten slotte overgoten met een sloot cynisme en een vilein vaderlandslievend sausje. Al met al overtreft de gemiddelde zin bij Broekhuisen dus maar nauwelijks het niveau dat op internetfora wordt gehanteerd. En hoewel Broekhuisen zich qua schrijfvaardigheid (want met correcte interpunctie) van Henk en Ingrid distantieert, resoneert zijn gedachtegang in alle toonaarden met dit illustere duo.
Nu Metro Broekhuisen zijn podium heeft ontnomen (waarvoor zij van mij nog tot in lengte van jaren lofredes zal ontvangen) heeft Broekhuisen zijn handen vrij om stukjes op zijn eigen blog te publiceren. Zijn blog, TypischTon, gaat helaas verder waar zijn columns in de Metro stopten. Maar er is meer. Op de blog lezen we dat Broekhuisen redigeert, ghostwriter is, zich uitgeeft voor journalist, reclame teksten schrijft (kunnen deze laatste twee samen gaan?), copywriter is en schrijfworkshops geeft. Hoe gedegen die workshops zijn, valt te bezien: eind 2010 volgde hij immers zelf nog een schrijfworkshop. Het resultaat is een stukje over (hoe kan het ook anders) voetbal, waarin Broekhuisen zijn reclamekunsten aan de dag legt. Laat ik het zo verwoorden: René Greve komt er bij mij niet meer in. Broekhuisen trouwens ook niet.
Het zal u intussen duidelijk zijn dat ik bepaald niet rouwig ben om het vertrek van Broekhuisen. Sterker nog: ik pleit voor het vertrek van elke andere columnist bij Metro. En vervolgens voor opheffing van die krant. Na alle inkijkjes in Broekhuisens hoofd die Metro ons heeft gegeven, is mij één ding duidelijk geworden: Ton Broekhuisen is een kleine man in een te grote wereld.