U kent het wel: wat zullen we vandaag weer eens eten? Het goede antwoord is altijd ‘nasi’, want dat is lekker, makkelijk en inheems, dus: tof. Maar, zo hoort men regelmatig morrelen en klagen, hoe maken we goede nasi? Daarop besloot de redactie tot een grondig maar volstrekt onhaalbaar onderzoek en legde haar oor te luister op Neerlands marinebasis; al eeuwen goed voor varend oorlogstuig en de beste blauwe hap. Dus pakt uw spatel stevig vast en kook mee!
- Breng water in een pan aan de kook. Gooi de rijst hierbij. Laat koken tot het geheel gaar is: doorgaans is dit bij de derde keer overkoken.
- Snij, knip, scheur of separeer vlees van een willekeurig dier, liefst dood. Roerbak op hoog vuur en voeg nasi- of bamigroenten toe. Het maakt eigenlijk geen zak uit wat voor groenten. Als het groen en gewassen is, kan het erbij.
- Aanbakken.
- Het geheim van een echt goede nasi schuilt ‘m in de nasikruiden. Kies dan ook een goedkope mix uit de supermarkt. Het zelf samenstellen van zo’n mix is een onwijs tijdrovend gekloot en in feite alleen weggelegd voor Javanen die verder toch niets anders te doen hebben. Bovendien is hun nasi doorgaans niet te bikken.
- Roer de aangelengde mix door de rijst-met-groenten. Zet het vuur hoog en bak de nasi een beetje aan.
- Tot dusver mag de nasi volledig mislukt zijn. Want zelfs als uw maaksel op dit punt onherkenbaar smaakt en gruwelijk geurt, is er nog helemaal niets aan de hand. De nu volgende stap maakt elke bovenstaande actie namelijk volledig overbodig. Dus: maak de pindasaus.
- Vries de nasi in. De pindasaus in een apart bakje in de diepvries plaatsen.
- Warm de bevroren nasi en pindasaus op.
- Schep op een bord en eet!